2. Significante waarderingsregels
Onze belangrijkste waarderingsregels worden hieronder uiteengezet.
Voorstellingsbasis en de continuïteitsveronderstelling
De geconsolideerde rekening is opgemaakt in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals goedgekeurd door de EU. De geconsolideerde jaarrekening verschaft een algemeen overzicht van onze activiteiten en de behaalde resultaten. Zij geeft een getrouw en correct beeld van onze financiële toestand, onze financiële prestaties en onze kasstromen, op basis van continuïteit.
Nieuwe standaarden en interpretaties toepasbaar voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2017
- Aanpassing van IAS 12 Winstbelastingen – Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor niet-gerealiseerde verliezen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2017)
- Aanpassing van IAS 7 Initiatief op het gebied van de informatieverschaffing (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2017)
- Verbeteringen aan IFRS (2014‑2016) – Aanpassing van IFRS 12 (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2017)
Standaarden en interpretaties gepubliceerd, maar nog niet van toepassing voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2017
- IFRS 9 Financiële instrumenten en de daaropvolgende aanpassingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
- IFRS 15 Opbrengsten van contracten met klanten, en verduidelijkingen van deze IFRS (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
- IFRS 16 Lease-overeenkomsten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019)
- IFRS 17 Verzekeringscontracten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2021, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- IFRIC 22 Transacties in vreemde valuta en vooruitbetalingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- IFRIC 23 Onzekerheid over de verwerking van winstbelastingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Aanpassing van IFRS 2 Classificatie en waardering van op aandelen gebaseerde betalingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Aanpassing van IFRS 4 Verzekeringscontracten – Toepassing van IFRS 9 Financiële instrumenten met IFRS 4 (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
- Aanpassing van IAS 40 Transfers van vastgoedbeleggingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Verbeteringen aan IFRS (2014‑2016) (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
- Aanpassing van IFRS 9 Vooruitbetalingen met negatieve compensatie (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Aanpassing van IAS 28 Lange termijn belangen in partners en joint ventures (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Verbeteringen aan IFRS (2015‑2017) (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
- Aanpassing van IAS 19 Aanpassingen, inperking en afhandeling van plannen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2019, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
De nieuwe standaarden die van toepassing zijn hebben geen enkele impact gehad op onze cijfers.
Beoordeling van de impact van IFRS 15 Opbrengsten van contracten met klanten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018) op de opbrengsterkenning van onze huidige belangrijke licentie- en samenwerkingsovereenkomsten
De IASB heeft IFRS 15 Opbrengsten van contracten met klanten, toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, gepubliceerd. Deze standaard werd door de EU goedgekeurd in het derde kwartaal van 2016.
De IASB heeft verduidelijkingen van IFRS 15 Aanpassingen van IFRS 15 – Verduidelijkingen van IFRS 15 Opbrengsten van contracten met klanten, toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, gepubliceerd. Deze werden door de EU goedgekeurd in het vierde kwartaal van 2017. Volgende zaken worden verduidelijkt: de identificatie van de resultaatsverbintenis in een contract, de maatstaven om te bepalen of een partij in een transactie voornaamste partner of agent is, de regels om te bepalen of een licentie stipuleert dat een klant de intellectuele eigendom van het bedrijf mag raadplegen of gebruiken, en extra praktische hulpmiddelen bij de overgangsmaatregelen van IFRS 15.
Bedrijven zullen een vijf stappen model moeten doorlopen om te bepalen wanneer, hoe en voor welk bedrag opbrengsten moeten erkend worden afhankelijk of aan bepaalde criteria werd voldaan.
Wij zijn momenteel bezig al onze onderzoeks- en ontwikkelingsovereenkomsten, licentie- en samenwerkingsovereenkomsten te evalueren om na te gaan hoe IFRS 15 de identificatie van resultaatsverbintenissen en de toewijzing van vergoedingen aan hen, zal beïnvloeden. Wij hebben kwalitatieve beoordelingen gemaakt van de gevolgen van IFRS 15, maar ons onderzoek is nog lopende.
1. Identificatie van de contracten
De essentie van onze huidige overeenkomsten is dat Galapagos haar IP licenseert aan samenwerkingspartners en onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten (R&D) verleent. Deze activiteiten resulteren in een goed of dienst als eindproduct van Galapagos’ bedrijfsactiviteiten.
In het kader van een aantal van deze overeenkomsten genereren wij opbrengsten zoals licentievergoedingen, succesbetalingen, opbrengsten uit de doorrekening van kosten, en succesbetalingen en royalty’s gebaseerd op toekomstige verkopen.
Bepaalde opbrengsten van onze huidige belangrijke licentie- en samenwerkingsovereenkomsten vallen in het toepassingsgebied van IFRS 15.
2. Identificatie van de resultaatsverbintenis
Wij zijn bezig met de beoordeling of het mogelijk is dat er een unieke gecombineerde resultaatsverbintenis zou kunnen zijn in het kader van bepaalde akkoorden in de lopende belangrijke licentie- en samenwerkingsovereenkomsten onder de nieuwe standaarden van IFRS 15; de transfer van een licentie gecombineerd met het leveren van R&D diensten. Dit omdat we zouden kunnen stellen dat de licentie op zich geen waarde heeft zonder Galapagos’ verdere betrokkenheid in de R&D samenwerking, en dat de licentie en de te verlenen R&D diensten onderling afhankelijk zijn van elkaar. In bepaalde akkoorden zouden we kunnen veronderstellen dat er een transformerende relatie is tussen de licentie en de te verlenen R&D diensten. We zouden kunnen stellen dat Galapagos’ activiteiten gedurende de R&D samenwerking substantieel zullen bijdragen aan de intellectuele eigendomsrechten (IP) en daarom aan de waarde van de programma’s.
Ons onderzoek naar dit aspect van de analyse van de impact van IFRS 15 is nog lopende.
3. Bepaling van de transactieprijs
We hebben een analyse gemaakt van de transactieprijzen van onze belangrijke bestaande licentie- en samenwerkingsovereenkomsten, bestaande uit upfront licentievergoedingen, succesbetalingen en terugbetaling van kosten voor geleverde R&D diensten. Op verkopen gebaseerde succesbetalingen en – royalty’s maken deel uit van bepaalde van onze samenwerkingsovereenkomsten maar worden nog niet opgenomen in onze opbrengsten daar onze meest vergevorderde licentie- en samenwerkingsovereenkomst nu in een late ontwikkelingsfase komt. Volgens IFRS 15 moeten de transactieprijzen herbekeken worden op elke afsluitdatum.
4. Toewijzing van de transactieprijs
Een entiteit moet de transactieprijs toewijzen aan elke resultaatsverbintenis geïdentificeerd in het contract gebaseerd op een relatieve individuele verkoopsprijs. De transactieprijs van bepaalde van onze overeenkomsten zou kunnen toegewezen worden aan een unieke gecombineerde resultaatsverbintenis wanneer de overdracht van een licentie gepaard gaat met het verlenen van R&D diensten.
Succesbetalingen zijn variabele vergoedingen die volledig zouden kunnen toegewezen worden aan een specifieke resultaatsverbintenis of aan een afzonderlijk goed of dienst die deel uitmaakt van een unieke resultaatsverbintenis indien aan bepaalde voorwaarden van IFRS 15 voldaan wordt.
5. Erkenning van de opbrengst
De opbrengst van bepaalde overeenkomsten zou kunnen erkend worden wanneer Galapagos voldoet aan een unieke resultaatsverbintenis.
We zouden de opbrengsten gerelateerd aan een unieke resultaatsverbintenis kunnen erkennen over een geschatte periode op basis van een patroon dat de transfer van de licentie en R&D diensten weerspiegelt. De erkende opbrengsten zouden in elke periode een weerspiegeling zijn van de geleverde diensten. in dit geval zouden we gebruik kunnen maken van een input model waarin schattingen worden gemaakt van het percentage totale kosten van R&D diensten verricht in elke periode, in vergelijking met de totale ingeschatte kost (percentage of completion methode).
De succesbetalingen zouden bij erkenning volledig als opbrengst kunnen erkend worden enkel wanneer de gebeurtenissen die aanleidingen geven tot betalingen plaatsvinden en in lijn met de methode van erkenning in opbrengst van de resultaatsverbintenissen waaraan ze toegewezen werden.
Terugbetalingen van kosten zouden in opbrengst kunnen genomen worden bij het oplopen van de kosten en bij akkoord van de partijen daar wij als opdrachtgever handelen in het kader van ons aandeel in de R&D activiteiten in onze lopende licentie- en samenwerkingsovereenkomsten.
We onderzoeken nog steeds of onze overeenkomsten inzake het delen van kosten mogelijk de voorstelling van onze resultatenrekening kunnen beïnvloeden.
Beoordeling van de impact van IFRS 15
Onze beoordeling van mogelijke resultaatsverbintenissen onder stap 2 (en dus ook onder stap 4), en de voorstelling van de aspecten inzake het delen van kosten onder stap 5, is nog lopende, alsook de beslissing of bepaalde van onze overeenkomsten buiten de toepassing van IFRS 15 vallen. Op dit moment kunnen we geen finale inschatting maken van de impact van de toepassing van IFRS 15 op onze geconsolideerde jaarrekening.
We zijn van plan IFRS 15 toepassen op de effectieve datum en kiezen voor de gewijzigde retrospectieve methode voor de overgang, die stipuleert dat cijfers van de vorige periode onder de vorige standaarden gerapporteerd worden en dat het cumulatief effect van de toepassing van IFRS 15 opgenomen wordt als een correctie van de beginbalans van het eigen vermogen op de datum van de eerste toepassing (begin van de huidige rapporteringsperiode).
Beoordeling van de impact van de implementatie van IFRS 9 Financiële instrumenten en de daaropvolgende aanpassingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018) op onze geconsolideerde jaarrekening
De IASB heeft IFRS 9 Financiële instrumenten, toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, gepubliceerd, welke werd goedgekeurd door de EU in het vierde kwartaal van 2016. IFRS 9 behandelt de classificatie, de berekening en het afboeken van financiële activa en financiële verplichtingen, en introduceert nieuwe regels voor kasstroomafdekkingen. De nieuwe standaard voert ook uitgebreide toelichtingsvereisten en wijzigingen in presentatie in.
Galapagos heeft haar analyse gemaakt van de implementatie van IFRS 9 en is van mening dat deze geen wezenlijke invloed zal hebben op de geconsolideerde jaarrekening. Galapagos zal IFRS 9 toepassen op de effectieve datum.
IFRS 16 Leasing
De IASB heeft IFRS 16 Leasing (van toepassing voor het boekjaar beginnend op of na 1 januari 2019) gepubliceerd; deze werd nog niet goedgekeurd binnen de EU. De standaard vereist dat alle leasings in de balans moeten opgenomen worden met de overeenkomstige leasingverplichting, behalve voor korte termijn activa en niet-belangrijke activa. IFRS 16 stipuleert dat de geleasde activa moeten afgeschreven worden over de leasingperiode, en dat de betalingen moeten toegewezen worden aan aflossingen van de leasingverplichting en intrestkosten, opgenomen onder financieel resultaat. Daarbij zal de voorstelling van de kosten gerelateerd aan deze leasingen wijzigen, daar IFRS 16 de lineaire operationele leasingkost vervangt door een afschrijvingskost voor het gebruiksrecht van het actief en een intrestkost op de leasingverplichtingen.
We zijn ons ervan bewust dat deze nieuwe standaard een impact zal hebben op onze geconsolideerde jaarrekening in 2019; de evaluatie van deze impact wordt momenteel bestudeerd. We plannen IFRS 16 op de effectieve datum toe te passen.
Geconsolideerde rapportering
De geconsolideerde jaarrekening bevat de jaarrekening van Galapagos NV en de entiteiten die door Galapagos NV worden gecontroleerd (de dochterondernemingen). Controle wordt bereikt waar Galapagos NV de macht heeft om het financiële en operationele beleid van een andere entiteit te besturen met het doel voordeel uit haar activiteiten te verkrijgen. De resultaten van dochterondernemingen zijn opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening en het totaalresultaat vanaf de dag van de daadwerkelijke overname tot aan de dag waarop er niet langer zeggenschap is. Waar nodig zijn aanpassingen aan de jaarrekening van dochterondernemingen gemaakt om ervoor te zorgen dat de waarderingsregels in lijn zijn met onze waarderingsregels. Alle intragroepssaldi en -transacties werden bij de opmaak van de geconsolideerde jaarrekening geëlimineerd.
Bedrijfscombinaties
De overname van dochterondernemingen wordt verwerkt volgens de overnamemethode. De kost van de overname wordt berekend als het totaal van de reële waarden, op de datum van de uitwisseling, van de afgestane activa, de verworven of ten laste genomen passiva, en de eigenvermogensinstrumenten die door ons zijn uitgegeven in ruil voor de controle over de verworven vennootschap.
De identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen die voldoen aan de voorwaarden van IFRS 3 Bedrijfscombinaties worden erkend tegen hun reële waarde op de datum van de overname.
De bij een bedrijfscombinatie ontstane goodwill wordt als een actief opgenomen en wordt initieel erkend aan kostprijs, zijnde de waarde waarmee de kostprijs van de bedrijfscombinatie ons belang in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de verworven dochteronderneming verminderd met de waarde van de minderheidsbelangen op overnamedatum, overschrijdt. Goodwill wordt niet afgeschreven maar jaarlijks op bijzondere waardeverminderingen getoetst alsook wanneer er een aanwijzing bestaat dat de kasstroomgenererende eenheid waaraan goodwill wordt toegekend mogelijks een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Goodwill wordt gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Een bijzondere waardevermindering opgenomen voor goodwill kan niet meer teruggenomen worden in een volgende periode.
Wanneer ons belang in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen verminderd met het bedrag van de minderheidsbelangen, de kostprijs van de bedrijfscombinatie overtreft, dan worden alle reële waarden en kostberekeningen opnieuw geëvalueerd. In het geval dat dit surplus blijft bestaan, dan wordt dit onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen.
Immateriële vaste activa
Kosten gemaakt in het kader van onderzoeksactiviteiten worden opgenomen in de resultatenrekening in de periode waarin de kosten zich voordoen.
Intern gegenereerde immateriële vaste activa die voortvloeien uit onze ontwikkelingsactiviteiten worden alleen als actief opgenomen als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- Het is technisch mogelijk om de immateriële activa af te werken, zodat ze beschikbaar zijn voor gebruik of verkoop
- Wij hebben de intentie de immateriële activa verder af te werken en te gebruiken of te verkopen
- Er is mogelijkheid tot gebruik of verkoop van de immateriële activa
- De immateriële activa zullen waarschijnlijk toekomstige economische voordelen genereren, of het bestaan van een markt aantonen
- Adequate technische, financiële en overige middelen zijn beschikbaar om de ontwikkeling te beëindigen
- De uitgaven toewijsbaar aan de ontwikkeling van deze immateriële vaste activa kunnen op een betrouwbare manier bepaald worden
Het bedrag dat wordt geactiveerd op de balans als intern ontwikkelde vaste activa is het totaal van de opgelopen ontwikkelingskosten vanaf de datum dat het actiefbestanddeel aan de voorwaarden hierboven beschreven voldoet.
Intern ontwikkelde immateriële vaste activa worden afgeschreven op lineaire basis over hun geschatte levensduur. Indien niet aan de voorwaarden voor de opname als immaterieel actief wordt voldaan voor intern ontwikkelde activa, worden de ontwikkelingskosten in de resultatenrekening opgenomen in de periode waarin ze zich voordoen.
Intellectuele eigendom, met name octrooien, licenties en rechten, wordt intern gewaardeerd op basis van de aanschaffingswaarde en wordt als volgt afgeschreven op lineaire basis over de geschatte bruikbare levensduur:
- Klantenrelaties: 1 – 10 jaar
- Technologie in uitvoering: 3 – 5 jaar
- Software & databases: 3 – 5 jaar
- Merken, licenties, octrooien & know-how: 5 – 15 jaar
Indien het actief een onbepaalde levensduur heeft, wordt dit toegelicht, samen met de redenen voor de onbepaalde levensduur.
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden gewaardeerd aan aanschaffingswaarde verminderd met de eventuele gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. Afschrijvingen worden geboekt om de kosten of de waardering van de activa af te schrijven over de levensduur van het actief, volgens de lineaire methode, op de volgende basis:
- Installaties en uitrusting: 4 – 15 jaar
- Meubilair en rollend materiaal: 4 – 10 jaar
De meer- of minderwaarde bij verkoop of buitengebruikstelling van een actief wordt bepaald als het verschil tussen de verkoopprijs en de netto-boekwaarde van het actief en wordt in de resultatenrekening geboekt.
Inrichting van gehuurde gebouwen
Inrichting van gehuurde gebouwen wordt afgeschreven over de duurtijd van de huur, tenzij een kortere levensduur verwacht wordt.
Vaste activa onder leasing
Activa onder een financiële leasing worden afgeschreven over hun levensduur volgens dezelfde regels als activa in eigendom, of, indien deze periode korter is, over de looptijd van de lease.
Voorraden
Voorraden worden geboekt tegen de laagste waarde van enerzijds de aanschaffingswaarde en anderzijds de netto realiseerbare waarde. De netto realiseerbare waarde vertegenwoordigt de geschatte verkoopprijs verminderd met alle geschatte kosten voor voltooiing en de kosten voor marketing, verkoop en verdeling.
De aanschaffingswaarde van grondstoffen bestaat voornamelijk uit de aankoopprijs. Deze grondstoffen zijn onderling niet uitwisselbaar en bijgevolg worden ze gewaardeerd op individuele basis.
Financiële instrumenten
Financiële activa en verplichtingen worden in onze balans opgenomen op het moment dat wij een partij worden bij de contractuele bepalingen van het instrument. Wij gebruikten nooit hedging en derivaten: wij maken niet actief gebruik van valutaderivaten om geplande toekomstige kasstromen af te dekken, noch maken wij gebruik van valutatermijncontracten. Per jaareinde 2015 en tot 19 januari 2016 bestond er evenwel een ingebed financieel instrument in de voorwaarden van het Gilead contract (zie toelichting 8).
Financiële activa beschikbaar voor verkoop
De groep past IAS 39 toe voor haar eigenvermogensinstrumenten. Het management bepaalt de classificatie van het financieel instrument bij aankoop en herziet deze classificatie bij elke rapporteringsdatum. De classificatie is afhankelijk van het doel van de aankoop van het financieel instrument. Per 31 december 2017 werden sommige financiële instrumenten aangehouden door de groep bestempeld als ‘beschikbaar voor verkoop’. Deze financiële instrumenten worden op- of afgeboekt op de datum van afwikkeling. Na initiële erkenning worden financiële activa beschikbaar voor verkoop gewaardeerd aan reële waarde, en elke daaruitvloeiende winst of verlies wordt onmiddellijk opgenomen in de herwaarderingsreserve van het eigen vermogen totdat de financiële instrumenten worden verkocht, afgelost, vervreemd of door middel van een waardevermindering afgeboekt, op welk moment de gecumuleerde winst/het gecumuleerd verlies in resultaat wordt genomen. Initiële erkenning aan reële waarde wordt gedefinieerd als de reële waarde van de vergoeding na aftrek van transactiekosten. Wanneer de eigenvermogensinstrumenten echter geen genoteerde prijs op een actieve markt hebben en de reële waarde niet betrouwbaar kan worden vastgesteld, worden de eigenvermogensinstrumenten gewaardeerd aan aanschaffingsprijs.
Langlopende vorderingen met betrekking tot ondersteuning van onderzoek en ontwikkeling
De vorderingen met betrekking tot ondersteuning van onderzoek en ontwikkeling hebben betrekking op terugbetalingen als gevolg van R&D steunmaatregelen met betrekking tot onderzoekskosten in Frankrijk en België. Langlopende vorderingen met betrekking tot ondersteuning van onderzoek en ontwikkeling worden verdisconteerd over de periode tot aan de vervaldag met gebruik van de gepaste discontovoeten.
Handelsvorderingen
Handelsvorderingen dragen geen interest en worden gewaardeerd aan nominale waarde verminderd met eventuele voorzieningen voor dubieuze vorderingen.
Geldmiddelen en kasequivalenten
Geldmiddelen en kasequivalenten worden gewaardeerd tegen hun nominale waarde. Voor het opstellen van kasstroomoverzichten bevatten de geldmiddelen en kasequivalenten de contanten en direct opvraagbare deposito’s bij banken, andere beleggingen op korte termijn en de zeer liquide investeringen. In pand gegeven geldmiddelen worden apart in de balans opgenomen en maken geen deel uit van de geldmiddelen en kasequivalenten.
Handelsschulden
Handelsschulden dragen geen interest en worden gewaardeerd tegen hun nominale waarde.
Belastingen
De belastingen in de resultatenrekening omvatten de verschuldigde belastingen en de uitgestelde belastingen.
De verschuldigde belasting is de naar verwachting te betalen belasting op de belastbare winst. De belastbare winst verschilt van de nettowinst zoals deze wordt weergegeven in de resultatenrekening aangezien de fiscale winst bepaalde opbrengsten of kosten uitsluit die belastbaar of aftrekbaar zijn in andere jaren en aangezien het bovendien posten uitsluit die nooit belastbaar of aftrekbaar zijn. Onze belastingverplichtingen worden berekend op basis van de belastingtarieven die vastgesteld werden of substantieel vastgesteld werden op balansdatum.
Uitgestelde belastingen worden op basis van de liability-methode berekend op tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en schulden, en de waarde die toegepast wordt voor fiscale doeleinden. De uitgestelde belastingen worden echter niet opgenomen indien ze ontstaan uit de eerste opname van een actief of verplichting in een transactie die geen bedrijfscombinatie is, en die op het moment van de transactie geen invloed heeft op de boekhoudkundige noch op de belastbare winst of verlies.
Uitgestelde belastingen worden bepaald op basis van belastingtarieven (en -wetten) die werden ingevoerd of in wezen ingevoerd op de balansdatum en die naar verwachting worden toegepast wanneer de gerelateerde uitgestelde belastingvordering of de uitgestelde belastingverplichting wordt afgewikkeld. Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige belastbare winsten beschikbaar zullen zijn waartegen de tijdelijke verschillen gebruikt kunnen worden. Als zodanig zal er een uitgestelde belastingvordering worden opgenomen in verband met fiscaal overdraagbare verliezen, voor zover het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstige fiscale winsten gerealiseerd zullen worden.
Vreemde valuta
- Functionele valuta en voorstellingsvaluta
Elementen opgenomen in de jaarrekening van elk van onze ondernemingen worden gewaardeerd op basis van de valuta van de voornaamste economische omgeving waarin de onderneming actief is. De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld in Euro, onze functionele- en voorstellingsvaluta.
- Transacties en balansen uitgedrukt in vreemde valuta
Transacties in vreemde valuta worden omgerekend naar de functionele valuta op basis van de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. We gebruiken maandelijkse wisselkoersen die gebaseerd zijn op de slotkoers van de vreemde valuta op de laatste werkdag van de maand voorafgaand aan de datum van de transactie. Valutakoersverschillen die ontstaan uit de afwikkeling van dergelijke transacties en uit de omrekening op basis van de slotkoers van monetaire activa en verplichtingen uitgedrukt in vreemde valuta, worden in de resultatenrekening opgenomen.
Niet-monetaire activa en verplichtingen gewaardeerd aan historische kost, uitgedrukt in vreemde valuta, worden omgerekend op basis van de wisselkoers die geldt op transactiedatum.
- Jaarrekening van buitenlandse groepsondernemingen
De resultaten en financiële positie van al onze ondernemingen die een functionele valuta hebben die verschillend is van de Euro, worden als volgt omgerekend:- De activa en verplichtingen worden omgerekend tegen slotkoers op de balansdatum
- De kosten en opbrengsten worden voor elke winst- en verliesrekening omgerekend tegen gemiddelde koersen
- Alle resulterende cumulatieve valutaverschillen worden opgenomen in een afzonderlijke rubriek van het eigen vermogen
- Deze gecumuleerde winsten en verliezen die het gevolg zijn van de omrekening worden opgenomen in de winst- en verliesrekening in de periode dat de buitenlandse onderneming wordt afgestoten
Erkenning van kosten van klinische studies vergoed door succesbetalingen
We erkennen de kosten van specifieke klinische studies, vergoed door succesbetalingen, met name kosten met betrekking tot werving en behandeling van patiënten (voltooiing) die gemaakt werden tijdens deze klinische studies, in lijn met de werkelijke werving of behandeling van patiënten op het einde van elke periode, in relatie tot de vooropgestelde doelstellingen inzake het werven of behandelen van patiënten.
Dit impliceert de berekening van te verwachten kosten ten gevolge van klinische studies op het einde van elke periode, waarbij een inschatting dient gemaakt te worden van de verwachte totale kost van de klinische studie vergoed door een succesbetaling, alsook een inschatting van de huidige stand van de werving of behandeling van patiënten.
Klinische studies vinden meestal plaats over langere perioden en bestaan gewoonlijk uit een set-up fase, een wervingsfase en een afrondingsfase die eindigt bij het ontvangen van een eindrapport met een volledige statistische analyse van resultaten van de klinische proeven. De te verwachten kosten voor aanwerving en behandeling van patiënten worden afzonderlijk ingeschat voor elke lopende klinische studie en houden rekening met het stadium van voltooiing van elke studie, evenals met het aantal patiënten opgenomen in de studie en het aantal patiënten behandeld in de studie. In alle gevallen is de volledige kost van elke studie in resultaat genomen bij ontvangst van het eindrapport.
Opbrengsterkenning
Opbrengsten tot vandaag bestaan voornamelijk uit succesbetalingen, licentievergoedingen en upfront betalingen verkregen uit samenwerkings- en alliantieovereenkomsten. Wij genereren ook opbrengsten uit onze ‘fee-for-service’ activiteiten, en overige bedrijfsopbrengsten uit diverse onderzoeks- en ontwikkelingssteunmaatregelen en subsidies.
Samenwerkings- en alliantieovereenkomsten met onze commerciële partners voor activiteiten gerelateerd aan onderzoek en ontwikkeling, bevatten in het algemeen niet-terugbetaalbare upfront betalingen; doorrekening van kosten; succesbetalingen, waarvan de ontvangst afhankelijk is van het behalen van bepaalde klinische, regelgevende of commerciële mijlpalen; licentievergoedingen en royalty’s op verkopen.
De opbrengsterkenningspolitiek kan als volgt samengevat worden:
Upfront betalingen
Niet-terugbetaalbare upfront betalingen die ontvangen werden in verband met samenwerkingsovereenkomsten voor onderzoek en ontwikkeling worden gespreid en opgenomen over de relevante en gewenste periode van onze betrokkenheid. De betalingen en onze betrokkenheid worden contractueel per fase van het contract gedefinieerd. Bij aanvang maakt het management een inschatting van de duurtijd van onze betrokkenheid, evenals de kosten die betrekking hebben op het project. Upfront betalingen worden erkend over de verwachte periode van betrokkenheid, hetzij op lineaire basis hetzij op basis van de kosten die zijn gemaakt in het kader van het project, indien deze kosten op betrouwbare wijze kunnen worden geschat. Periodiek beoordelen wij de geschatte tijd en onze kosten voor het project en passen de periode aan waarover de opbrengst wordt gespreid.
Succesbetalingen
Succesbetalingen in onderzoek worden opgenomen als opbrengsten op het moment dat de mijlpaal wordt bereikt. In aanvulling hierop moeten de betalingen onherroepelijk verkregen zijn en moet de succesbetaling wezenlijk en evenredig zijn met de omvang van de behaalde mijlpaal. Succesbetalingen die niet onherroepelijk, wezenlijk of evenredig zijn, worden opgenomen als over te dragen opbrengsten. Opbrengsten uit deze activiteiten kunnen sterk variëren van periode tot periode als gevolg van de timing van de mijlpalen.
Opbrengsten uit doorrekening van kosten
Doorrekening van kosten in het kader van licentie- en samenwerkingsovereenkomsten met onze commerciële partners worden als opbrengst erkend bij het oplopen van de kosten en na goedkeuring door de betrokken partijen. De overeenkomstige kosten worden opgenomen in de kosten van onderzoek en ontwikkeling.
Doorrekening van kosten in het kader van samenwerkingsovereenkomsten waarin de risico’s en voordelen gerelateerd aan de ontwikkeling van een specifiek medicijn op een gelijke basis met een commerciële partner gedeeld worden, worden opgenomen in mindering van de betreffende kosten van onderzoek en ontwikkeling.
Licenties
De opbrengsten voortkomend uit licenties beperkt in de tijd worden gespreid over de periode waarop de licentie betrekking heeft, wat de verplichting van de licentie om de inhoud bij te werken en te zorgen voor een voortdurende update, reflecteert over die termijn. Opbrengsten uit eeuwigdurende licenties worden onmiddellijk bij de verkoop erkend in de mate dat er geen verdere verplichtingen zijn.
Royalty’s
Royalty opbrengsten worden erkend op het moment dat wij met redelijke zekerheid het bedrag kunnen schatten en er een redelijke zekerheid bestaat over de inbaarheid. Daardoor gaan we in het algemeen de royalty’s erkennen in de periode dat de licentienemer de royalty’s aan ons gerapporteerd heeft door middel van royaltyrapporten. Dit wil zeggen dat de opbrengsten van de royalty’s normaal pas achteraf worden erkend, na de periode waarin verkoop door de licentienemer heeft plaatsgevonden. Onder deze boekhoudkundige regel zijn de opbrengsten voortkomend uit royalty’s in onze rapportering niet gebaseerd op onze inschattingen maar worden ze typisch gerapporteerd in dezelfde periode als de verkrijging van de betaling van de licentienemer.
Overige opbrengsten
Subsidies en R&D steunmaatregelen
Omdat wij aan uitgebreide onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten deelnemen, genieten wij ook van meerdere subsidies en R&D steunmaatregelen van bepaalde overheidsinstanties. Deze subsidies en R&D steunmaatregelen worden in het algemeen gebruikt om de goedgekeurde kosten van onderzoek en ontwikkeling deels te vergoeden. Ze worden dan ook gecrediteerd ten gunste van ons resultaat, onder overige opbrengsten, wanneer de relevante uitgaven gedaan zijn en redelijke zekerheid bestaat over de (te) ontvangen subsidies en R&D steunmaatregelen.
Belangen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten
Een gezamenlijke bedrijfsactiviteit is een gezamenlijke samenwerkingsstructuur waarbij de partijen die gezamenlijke zeggenschap over de samenwerkingsstructuur hebben, recht hebben op de activa en aansprakelijk zijn voor de verplichtingen die verband houden met de samenwerkingsstructuur. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel delen van de zeggenschap over een samenwerkingsstructuur. Er is slechts sprake van gezamenlijke zeggenschap wanneer beslissingen over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen.
Wanneer wij activiteiten ondernemen onder de vorm van een gezamenlijke bedrijfsactiviteit, zullen wij als deelnemer in een gezamenlijke bedrijfsactiviteit fungeren waarbij wij onze relatie in de gezamenlijke bedrijfsactiviteit als volgt erkennen:
- Onze activa, met inbegrip van ons aandeel in eventuele gezamenlijk gehouden activa
- Onze verplichtingen, met inbegrip van ons aandeel in eventuele gezamenlijk aangegane verplichtingen
- Onze opbrengsten uit de verkoop van ons aandeel in de productie van de gezamenlijke bedrijfsactiviteit
- Ons aandeel in de opbrengsten uit de verkoop van de productie door de gezamenlijke bedrijfsactiviteit
- Onze kosten, met inbegrip van ons aandeel in de eventuele gezamenlijk aangegane kosten
Wij boeken de activa, verplichtingen, opbrengsten en kosten die verband houden met ons belang in een gezamenlijke bedrijfsactiviteit in overeenstemming met de IFRSs die op de desbetreffende activa, verplichtingen, opbrengsten en kosten van toepassing zijn.
Wanneer wij transacties verrichten met een gezamenlijke bedrijfsactiviteit waarbij wij een deelnemer in de gezamenlijke bedrijfsactiviteit zijn (zoals de verkoop of inbreng van een actief) worden wij geacht de transactie af te sluiten met de andere deelnemers in de gezamenlijke bedrijfsactiviteit. De winsten en verliezen resulterend uit deze transactie zullen erkend worden in onze geconsolideerde jaarrekening ten belope van het belang van de andere deelnemer in de gezamenlijke bedrijfsactiviteit.
Wanneer wij transacties verrichten met een gezamenlijke bedrijfsactiviteit waarin wij een deelnemer zijn in die gezamenlijke bedrijfsactiviteit (zoals aankoop van activa), gaan wij ons aandeel in de winsten en verliezen niet erkennen tot dat er herverkoop plaatsvindt van de activa aan een derde partij.
Eigenvermogensinstrumenten
Eigenvermogensinstrumenten door ons uitgegeven worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de ontvangen bedragen, minus de directe kosten gerelateerd aan de uitgifte.
Personeelsbeloningen
a/ Toegezegde bijdrage plannen
De betaalde bijdragen voor toegezegde-bijdrage plannen worden onmiddellijk als kost in de resultatenrekening opgenomen.
b/ Toegezegde pensioenregelingen
Onze verbintenissen onder de toegezegde pensioenregelingen, en de hieraan verbonden kosten, worden gewaardeerd volgens de “projected unit credit method” waarbij op het einde van elk boekjaar actuariële waarderingen worden uitgevoerd door een bevoegde actuaris. De herwaardering, die actuariële winsten en verliezen bevat, het effect van het activaplafond (indien van toepassing), en de opbrengst van de fondsbeleggingen (exclusief intresten), worden onmiddellijk verwerkt in de balans en opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat in de periode dat ze zich voordoen. Herwaarderingen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat worden ook onmiddellijk opgenomen in het eigen vermogen (overgedragen resultaat) en zullen niet overgeboekt worden naar winst of verlies. De kosten met betrekking tot vorige dienstjaren worden erkend in winst of verlies in de periode van de aanpassingen van de pensioenregeling. De netto intrestkosten worden berekend door de disconteringsvoet bij het begin van de periode te vermenigvuldigen met de nettopensioenpositie.
Toegezegde pensioenkosten bevatten het volgende:
- Pensioenkosten (met inbegrip van aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten, aan vorige dienstjaren toegerekende pensioenkosten, evenals winsten en verliezen op inperkingen en afwikkelingen)
- Intrestkosten- of opbrengsten
- Herwaardering
De pensioenverplichting die werd opgenomen in de geconsolideerde balans heeft betrekking op het feitelijke tekort of overschot in onze toegezegde pensioenregelingen. Overschotten die het resultaat zijn van deze berekeningen, zijn beperkt tot de huidige waarde van enig economisch voordeel beschikbaar in de vorm van terugbetalingen uit de pensioenregelingen of een vermindering van toekomstige bijdragen aan de pensioenregeling. Een schuld voor een ontslagvergoeding wordt enkel geboekt wanneer deze ontslagvergoeding definitief is en wanneer de onderneming alle gerelateerde herstructureringskosten heeft erkend.
c/ Bonus plan voor de personeelsleden
Wij erkennen de kost voor het bonusplan van de personeelsleden in de resultatenrekening.
d/ Bonus plan voor het management
De leden van het directiecomité, samen met andere senior managers, kunnen bonussen ontvangen onder het Senior Management Bonus Plan dat sinds 2006 bestaat. Volgens de regels van het Senior Management Bonus Plan wordt 50% van de bonus onmiddellijk uitbetaald rond het einde van het jaar, en wordt de betaling van de andere 50% uitgesteld gedurende drie jaar. Het uitgestelde deel van 50% is afhankelijk van de wijziging van de koers van het Galapagos aandeel ten opzichte van de Next Biotech Index (waarin koersen worden bijgehouden van biotechbedrijven die genoteerd zijn op Euronext). De koers van het aandeel van Galapagos en de Next Biotech Index worden bij het begin en het eind van de driejarige periode berekend aan de hand van de gemiddelde prijs gedurende respectievelijk de maand voorafgaand aan de toekenning en de laatste maand van de driejarige periode.
- Als de wijziging van de aandelenkoers van Galapagos beter of gelijk is aan de wijziging in de Next Biotech Index, dan zal het uitgestelde deel van de bonus aangepast worden aan het stijgings-/dalingspercentage van de aandelenkoers en uitbetaald worden
- Als de wijziging van de aandelenkoers van Galapagos tot 10% slechter is dan de wijziging van de Next Biotech Index, zal 50% van het uitgestelde deel van de bonus worden aangepast aan het stijgings-/ dalingspercentage en uitbetaald, en het restant is verbeurd
- Als de wijziging van de aandelenkoers van Galapagos meer dan 10% slechter is dan de wijziging van de Next Biotech Index, dan is het uitgestelde deel van de bonus verbeurd
Wij erkennen de mogelijke betaling van de uitgestelde component onder het Senior Management Bonus Plan binnen drie jaar op het moment dat het bonusbedrag wordt bepaald, gebaseerd op de reële waarde van de verplichting op elke balansdatum. De reële waarde van de verplichting wordt berekend aan de hand van het Monte Carlo waarderingsmodel, waarbij rekening gehouden wordt met volgende parameters: (a) de gemiddelde referentiekoers van het Galapagos aandeel en de Next Biotech Index, (b) de gemiddelde koers van het Galapagos aandeel en de Next Biotech Index tijdens de rapporteringsperiode, (c) de simulatie van de evolutie van de koers van het Galapagos aandeel en de Next Biotech Index gebaseerd op hun volatiliteit en correlatie tot vervaldatum van de bonus, (d) de discontovoeten van toepassing op het einde van de rapporteringsperiode, en (e) de waarschijnlijkheid dat de begunstigden bij ons zullen blijven tot vervaldatum van de bonus. Eventuele wijzigingen in de reële waarde worden opgenomen in de winst of het verlies van de periode.
Op aandelen gebaseerde vergoedingen
Wij gebruiken op aandelen gebaseerde warrantplannen als motivatie voor ons personeel, bestuurders en consulenten. Warrants worden gewaardeerd tegen hun reële waarde op het moment van aanvaarding. De reële waarde, bepaald op de datum van aanvaarding van de warrants, wordt in kost genomen tot het einde van de verwervingsperiode, gebaseerd op het aantal aandelen dat volgens ons verworven zal worden. De reële waarde van de warrants wordt berekend op basis van het Black & Scholes model. De verwachte levensduur in het model wordt berekend op basis van schattingen van het management, rekening houdend met de niet-overdraagbaarheid, de beperkingen op de uitoefening en het verwachte gedrag van de houders.
Voorzieningen
Voorzieningen worden opgenomen in de balans indien wij een bestaande verplichting hebben ten gevolge van een gebeurtenis in het verleden; als het waarschijnlijk is dat de afwikkeling van deze verplichting resulteert in een uitstroom van middelen uit de onderneming en een betrouwbare inschatting kan gemaakt worden van het bedrag van de verplichting. Het bedrag van de voorziening is gebaseerd op een beste raming van de uitgaven die vereist zijn om de bestaande verplichtingen op balansdatum af te wikkelen. Indien het effect van de tijdswaarde van geld substantieel is, worden voorzieningen bepaald door het verdisconteren van de verwachte toekomstige kasstromen op basis van een discontovoet voor belastingen waarbij rekening wordt gehouden met de huidige marktbeoordelingen van de tijdswaarde van het geld en waar nodig, de risico’s die inherent zijn aan de verplichting.
Financiële en operationele lease
Een lease wordt beschouwd als een financiële lease indien de voorwaarden van het leasecontract op substantiële wijze alle risico’s en voordelen van het eigendom van het actief overdragen aan de leasingnemer. Alle overige leasingcontracten worden beschouwd als operationele lease.
Activa in een financiële lease worden opgenomen als activa tegen hun reële waarde of, indien lager, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen zoals bepaald op het tijdstip van de aanvang van de lease. De verplichting ten opzichte van de leasinggever wordt in de balans opgenomen als een financiële leaseverplichting. De betalingen worden proportioneel verdeeld tussen financiële kosten en een vermindering van het openstaande saldo van de verplichting opdat de periodieke rentevoet op het openstaande saldo van de verplichting constant zou zijn. De financiële kosten worden onmiddellijk ten laste genomen van de resultatenrekening, tenzij ze direct toewijsbaar zijn aan de betreffende activa; desgevallend worden ze geactiveerd.
Huurbedragen in het kader van een operationele lease worden op lineaire basis in de resultatenrekening opgenomen over de looptijd van de lease. Voordelen die ontvangen worden en vorderingen ontstaan als stimulans om een operationele lease aan te gaan worden tevens op lineaire basis opgenomen in de resultatenrekening.
Bijzondere waardevermindering van materiële en immateriële vaste activa
Op elke balansdatum analyseren wij de boekwaarde van onze materiële en immateriële activa, om vast te stellen of er aanwijzingen zijn dat enige van die activa mogelijk een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan. Indien een dergelijke indicatie bestaat, wordt de realisatiewaarde van het actief bepaald om op die manier de omvang van de eventuele bijzondere waardevermindering te bepalen. Indien een actief geen onafhankelijke kasstromen genereert, beschouwen wij de totale realisatiewaarde van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.
Een immaterieel actief met een onbepaalde levensduur wordt jaarlijks getest op bijzondere waardeverminderingen en tevens op elk moment dat er een indicatie bestaat voor bijzondere waardeverminderingen. De realisatiewaarde is het hoogste bedrag van enerzijds de reële waarde min de verkoopkosten en anderzijds de bedrijfswaarde van het actief.
Indien de realisatiewaarde van een actief of kasstroomgenererende eenheid lager is dan de boekwaarde, dan wordt de boekwaarde van het actief verlaagd tot deze realisatiewaarde. Bijzondere waardeverminderingen worden onmiddellijk als een kost in de resultatenrekening opgenomen.
Wanneer een bijzondere waardevermindering achteraf wordt teruggenomen, wordt de boekwaarde van het actief verhoogd tot het herziene geschatte bedrag van de realisatiewaarde, doch slechts op zulke wijze dat de verhoogde boekwaarde de boekwaarde die zou zijn vastgesteld indien geen bijzondere waardevermindering voor dat actief was opgenomen in voorgaande jaren, niet overschrijdt. Een terugneming van een bijzondere waardevermindering naar aanleiding van een verkoop van een dochteronderneming wordt als opbrengst opgenomen. In andere gevallen wordt een bijzondere waardevermindering op goodwill nooit teruggenomen.
Winst/verlies per aandeel
De gewone nettowinst/verlies per aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddelde van de uitstaande aandelen gedurende de periode. Verwaterde nettowinst/verlies per aandeel, wordt berekend op basis van het gewogen gemiddelde van de uitstaande aandelen inclusief het verwaterende effect van warrants.
Segmentrapportering
Segmentresultaten omvatten opbrengsten en kosten die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan een segment, en het relevante gedeelte van opbrengsten en kosten die op redelijke basis kan worden toegewezen aan een segment. Segmentactiva en -verplichtingen omvatten operationele activa en passiva die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan het segment of die op redelijke basis aan het segment kunnen worden toegewezen; en omvatten geen elementen van belasting. Wij hebben maar twee segmenten (zie toelichting 4).