6. Totale bedrijfsopbrengsten

Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening
CSR rapport

Omzet

Onderstaande tabel geeft een detail van de opbrengsten voor de jaren eindigend op 31 december 2020 en 2019 per samenwerkingsovereenkomst per type omzet: upfront betalingen en licentievergoedingen, succesbetalingen, opbrengsten uit de doorrekening van kosten, overige omzet en commerciële omzet:

Desaggregatie van de omzet

 

Jaar eindigend op 31 december

(in duizenden €)

Gespreid in de tijd

Op bepaald moment

2020

2019

Erkenning van niet-terugvorderbare upfront betalingen en licentievergoedingen

 

 

411.417

812.058

Gilead samenwerkingsovereenkomst voor ziritaxestat

 

-

666.968

Gilead samenwerkingsovereenkomst voor filgotinib(1)

 

181.816

62.602

Gilead samenwerkingsovereenkomst voor drug discovery platform

 

229.601

80.918

AbbVie samenwerkingsovereenkomst voor CF

 

-

1.569

 

 

 

 

 

Succesbetalingen

 

 

46.261

2.878

Gilead samenwerkingsovereenkomst voor filgotinib(1)

 

46.261

(21.187)

AbbVie samenwerkingsovereenkomst voor CF

 

-

24.065

 

 

 

 

 

Opbrengsten uit doorrekening van kosten

 

 

4.073

19.900

Novartis samenwerkingsovereenkomst voor MOR106

 

4.125

19.177

AbbVie samenwerkingsovereenkomst voor CF

 

(52)

723

 

 

 

 

 

Overige omzet

 

 

70

66

Overige omzet

 

70

66

 

 

 

 

 

Commerciële omzet

 

 

16.232

-

Verkoop van goederen

 

2

-

Royalty's

 

16.227

-

Overige commerciële omzet

 

2

-

 

 

 

 

 

Totale omzet

 

 

478.053

834.901

(1)

Als gevolg van de contractwijziging met Gilead in 2019, bevatte de omzet erkend voor filgotinib voor het jaar eindigend op 31 december 2019 een negatief catch-up effect op de closing datum van €245,9 miljoen als resultaat van de afname van de percentage of completion toegepast op eerder ontvangen upfront- en succesbetalingen voor dat programma.

Onderstaande tabel vat onze transactieprijs gerelateerd aan onze samenwerking met Gilead samen:

Toewijzing van de transactieprijs

(in duizenden €)

Filgo­tinib overeenkomst 2015

Succes­betalin­gen ­behaald tussen 2015-2019

Optie, Licentie en Samen­werkings­overeen­komst (14 juli 2019)

31 december 2019

Andere bewe­gingen in 2020

Filgo­tinib aanpas­sing (15 december 2020)

31 december 2020

Upfront betaling

275.558

 

3.569.815

3.845.373

 

160.000

4.005.373

Behaalde succesbetalingen

 

104.171

 

104.171

90.192

 

194.363

Royalty's

 

 

 

-

16.227

 

16.227

Effect van initiële waardering van share subscription

39.003

 

85.601

124.604

 

 

124.604

 

314.561

104.171

3.655.416

4.074.148

106.419

160.000

4.340.567

Minus:

 

 

 

 

 

 

 

Verplichting tot uitgifte van warrants

 

 

 

 

 

 

 

Warrant A

 

 

 

(43.311)

 

 

(43.311)

Initiële warrant B

 

 

 

(2.545)

 

 

(2.545)

Bijkomende warrant B

 

 

 

(16.184)

8.325

 

(7.859)

 

314.561

104.171

3.655.416

4.012.108

114.744

160.000

4.286.852

Toewijzing aan resultaats­verbintenissen

 

 

 

 

 

 

 

Ziritaxestat

 

 

666.967

666.967

 

 

666.967

Filgotinib(1)

314.561

104.171

641.663

1.060.395

106.419

160.000

1.326.814

Drug discovery platform (10 jaar)

 

 

2.284.747

2.284.747

8.325

 

2.293.072

(1)

Voor de bijkomende vergoeding ontvangen in het kader van de optie-, licentie- en samenwerkingsovereenkomst ondertekend op 14 juli 2019 toegewezen aan de resultaatsverbintenis inzake filgotinib, veronderstelden we het bestaan van een significante financieringscomponent ter waarde van €44,5 miljoen per 31 december 2019, die de tijdswaarde van het geld over de geschatte periode van erkenning weerspiegelt. Deze financieringscomponent werd herbeoordeeld naar €55,3 miljoen per 31 december 2020, rekening houdende met de gevolgen van de contractwijziging van 15 december 2020.

Bij de closing van de transactie (23 augustus 2019) oordeelden we dat de upfront betaling impliciet een premie bevatte voor de toekomstige uitgifte van warrant A en initiële en bijkomende warrant B. De verwachte waarde van de uit te geven warrants wordt beschouwd als een contractuele verplichting ("verplichting inzake uitgifte van warrants") en vermindert de transactieprijs tot de datum van goedkeuring van de onderliggende warrants. Vanaf de datum van goedkeuring staat de toewijzing van de transactieprijs aan de betreffende warrant vast en zal de toekomstige wijziging in de reële waarde van de betreffende warrant in resultaat opgenomen worden. Aldus geeft het deel van de upfront betaling toegewezen aan warrant A en initiële warrant B de reële waarde van deze financiële verplichtingen op datum van warrantgoedkeuring (22 oktober 2019) weer. Bijkomende warrant B is nog onderhevig aan de goedkeuring van een buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders en wordt daarom nog voorgesteld als verplichting tot uitgifte van warrants in onze over te dragen opbrengsten (we verwijzen naar toelichting 24 voor meer informatie). De waarde oorspronkelijk toegewezen aan bijkomende warrant B toont de reële waarde van de onderliggende verplichting per 31 december 2019. Per 31 december 2020 daalde de waarde van bijkomende warrant B tot €7,9 miljoen, veroorzaakt door de afname van de prijs van ons aandeel in 2020, lichtjes gecompenseerd door een toename in de impliciete volatiliteit.

Op 15 december 2020 ondertekenden wij en Gilead een overeenkomst die onze bestaande samenwerking inzake filgotinib wijzigde. Als gevolg van deze wijziging werd een bijkomende vergoeding van €160,0 miljoen toegewezen aan de resultaatsverbintenis inzake filgotinib.

Alle huidige contracten met klanten worden hieronder samengevat:

Samenwerking met Gilead

Op 14 juli 2019 kondigden wij en Gilead aan dat we een 10-jarige wereldwijde R&D samenwerking waren aangegaan. Door deze samenwerking kreeg Gilead exclusieve toegang tot onze innovatieve portfolio van nieuwe kandidaatmedicijnen, klinische en preklinische programma’s en een drug discovery platform.

Als onderdeel van dit akkoord werd onze bestaande licentie- en samenwerkingsovereenkomst met Gilead inzake filgotinib voor de eerste keer aangepast. In het kader van deze gewijzigde filgotinib overeenkomst kregen we een grotere rol bij de wereldwijde strategie van filgotinib en nemen we een groter stuk van de commercialisering van het product in Europa voor onze rekening. Dit biedt ons de mogelijkheid om versneld onze commerciële aanwezigheid op te bouwen.

Op 15 december 2020 werd onze licentie-en samenwerkingsovereenkomst voor een tweede keer aangepast. Volgens de nieuwe overeenkomst worden wij alleen verantwoordelijk in Europa voor filgotinib in RA en in alle toekomstige indicaties.

We blijven de volgende drie resultaatsverbintenissen behouden, waarvan aan de eerste volledig voldaan werd in 2019; (i) de overdracht van een uitgebreide licentie voor GLPG1690, (ii) de toekenning van exclusieve toegang tot ons drug discovery-platform (i.e. de intellectuele eigendom, technologie, expertise en capaciteiten) gedurende de samenwerkingsperiode en exclusieve optierechten op onze huidige en toekomstige klinische programma’s na fase 2 (of in bepaalde omstandigheden, de eerste fase 3 studies) buiten Europa, en (iii) een toegenomen aandeel in de kostenverdeling van 20/80 naar 50/50 naar 100/0 (enkel voor groep A activiteiten) voor de wereldwijde ontwikkelingsactiviteiten van filgotinib, tot de beëindiging van de overige ontwikkelingsactiviteiten (groep A en groep B activiteiten).

Onze beoordelingen waren als volgt:

Bepaling van de totale transactieprijs

  • In verband met deze overeenkomst met Gilead erkenden wij een over te dragen opbrengst en een overeenkomstig vlottend afgeleid financieel actief van €85,6 miljoen bij ondertekening van de share subscription agreement met Gilead in 2019, zoals vereist door IFRS 9. De over te dragen opbrengst werd toegevoegd aan de transactieprijs bij aanvang van de overeenkomst omdat verondersteld wordt dat het deel is van de totale vergoeding ontvangen voor de drie resultaatsverbintenissen.
  • We oordeelden dat de transactieprijs een premie bevatte die betaald werd door Gilead (door middel van de upfront betaling) voor het ontvangen van warrants (warrant A en warrant B) in de toekomst, na goedkeuring door de aandeelhouders. We waardeerden beide warrants aan hun reële waarde en erkenden een verplichting inzake uitgifte van warrants bij het afsluiten van de transactie voor hetzelfde bedrag (als onderdeel van de lijn over te dragen opbrengst). Deze verplichting wordt geherwaardeerd op elke rapporteringsdatum, met een overeenkomstige impact op de transactieprijs toegewezen aan de resultaatsverbintenis gerelateerd aan het drug discovery platform zolang de warrants niet werden goedgekeurd door de aandeelhouders. Daar warrant A en initiële warrant B al in 2019 werden goedgekeurd, heeft enkel de herwaardering van bijkomende warrant B een impact op de transactieprijs die in beschouwing wordt genomen bij de erkenning in opbrengst van de resultaatsverbintenis gerelateerd aan het drug discovery platform.
  • We oordeelden dat de contractwijziging van 15 december 2020 enkel het toepassingsgebied van de resultaatsverbintenis inzake filgotinib beïnvloedt en dat de wijziging in zowel de vaste als de variabele vergoeding de aangepaste stand-alone verkoopsprijs van de overblijvende activiteiten van deze resultaatsverbintenis weerspiegelt. Bijgevolg werd de toename in de transactieprijs van €160,0 miljoen als gevolg van deze wijziging, volledig toegewezen aan de resultaatsverbintenis inzake filgotinib.

Financieringscomponent

  • In het akkoord met Gilead werden twee resultaatsverbintenissen geïdentificeerd waarin de periode tussen de transfer van beloofde goederen/diensten aan Gilead en de betaling van de onderliggende vergoeding door Gilead meer dan één jaar bedraagt, zijnde de resultaatsverbintenis inzake het drug discovery platform en de resultaatsverbintenis gerelateerd aan de filgotinib overeenkomst. Alhoewel de ontvangen vergoeding voor het drug discovery platform erkend zal worden over een periode van 10 jaar te rekenen vanaf de datum van ontvangst, oordeelde het management om geen financieringscomponent voor deze resultaatsverbintenis in beschouwing te nemen daar het toekennen van een exclusieve toegang en optierechten op de eerste dag de voornaamste waarde is van de resultaatsverbintenis inzake het drug discovery platform. Bijgevolg heeft het management beslist om enkel voor het deel van de transactieprijs toegewezen aan de filgotinib resultaatsverbintenis een correctie voor de tijdswaarde van het geld op te nemen. De bijkomende vergoeding die het gevolg is van de contractwijziging van 15 december 2020 werd ook aangepast voor de tijdswaarde van het geld.

Resultaatsverbintenis: Licentie voor GLPG1690

  • De transactieprijs die toegekend werd aan deze resultaatsverbintenis weerspiegelt onze inschatting van de stand-alone verkoopsprijs van deze resultaatsverbintenis en werd berekend volgens de methode van de verdisconteerde kasstromen met inbegrip van, onder andere, veronderstellingen over het geschat marktaandeel en marktomvang, piekverkopen en kans op succes.
  • Er werd volledig voldaan aan deze resultaatsverbintenis per 31 december 2019. Door de zeer recente stopzetting van de ziritaxestat studies verwachten we geen toekomstige succesbetalingen noch royalty’s.
  • Na het verlenen van de licentie voor GLPG1690 verdeelden we de fase 3 kosten gelijk met Gilead. Elke terugbetaling van kosten van Gilead werd niet opgenomen als opbrengst maar als een vermindering van de betreffende kosten.

Gewijzigde filgotinib overeenkomst

  • Er is één unieke resultaatsverbintenis onder IFRS 15: de transfer van een licentie gecombineerd met het leveren van R&D diensten. Dit omdat we van mening waren dat de licentie in de context van het contract niet op zich staat.
  • De stand-alone verkoopsprijs van de filgotinib overeenkomst werd bepaald aan de hand van de kost-plus-marge benadering. Het management was van oordeel dat een gepaste marge indirect verweven zit in de grotere betrokkenheid bij de ontwikkeling en globale strategie van filgotinib, onze unieke verantwoordelijkheid voor filgotinib in Europa en daarbij horende verhoging van het risico.
  • De transactieprijs bestaat thans uit een vast deel, zijnde niet-terugbetaalbare upfront- en licentievergoedingen, en een variabel deel, zijnde de succesbetalingen, op verkopen gebaseerde succesbetalingen en op verkopen gebaseerde royalty's, en terugbetaling van kosten voor geleverde R&D diensten. Succesbetalingen worden enkel in de transactieprijs van de overeenkomst opgenomen als het zeer waarschijnlijk is dat er geen significante tegenboeking van opbrengsten zal plaatsvinden. Succesbetalingen ontvangen van Gilead worden over tijd erkend in opbrengst tot het einde van het ontwikkelingsplan. Op verkopen gebaseerde succesbetalingen en – royalty’s maken ook deel uit van de overeenkomst en worden in opbrengst erkend op het moment van realisatie. In 2020 rapporteerden we €16,2 miljoen royalty-omzet van Gilead.
  • Opbrengsten, exclusief op verkopen gebaseerde succesbetalingen en -royalty’s, worden erkend over een periode door het voldoen aan de resultaatsverbintenis. Het "cost-to-cost" input model wordt toegepast om de vooruitgang in het voldoen aan de resultaatsverbintenis te meten. De geschatte kosten om te voldoen aan de resultaatsverbintenis werden naar aanleiding van de contractwijziging van 2020 herberekend, wat leidde tot een kleine afname in de percentage of completion. Niettegenstaande dit feit erkenden we voor filgotinib in boekjaar 2020 meer opbrengsten dan in boekjaar 2019 door de toename van de transactieprijs, als gevolg van de contractwijziging (€160,0 miljoen) en de succesbetalingen ontvangen in 2020 voor de goedkeuring van filgotinib voor RA in Europa en Japan voor een totaal bedrag van $105 miljoen (€90,2 miljoen).

Toegangsrechten tot het drug discovery platform, optierechten en R&D activiteiten

  • De opbrengst toegewezen aan het drug discovery platform zal over tijd erkend worden daar Gilead exclusieve toegang tot het drug discovery platform en optierechten op onze huidige en toekomstige pijplijn en R&D activiteiten krijgt gedurende de samenwerkingsperiode. Het management was van mening dat een lineaire spreiding over de samenwerkingsperiode de meest betrouwbare en juiste erkenningsmethode is.
  • Bij de aanvang van de samenwerking (juli 2019) oordeelden we dat de geschikte periode voor erkenning van de opbrengsten van het drug discovery platform 10 jaar is, dit omdat we exclusieve rechten geven over een 10-jarige periode. Wanneer echter op het einde van de 10-jarige periode sommige van de dan bestaande programma’s de klinische fase zouden bereikt hebben (i.e. IND filing bij regelgevende instanties), dan kunnen de rechten voor deze specifieke programma’s verlengd worden voor maximum drie jaar. Deze kritische inschatting wordt op elk jaareinde herbeoordeeld gebaseerd op de evolutie van onze pijplijn, en is nog steeds van toepassing op 31 december 2020.

Samenwerking met Novartis

In juli 2018 hebben we samen met onze samenwerkingspartner MorphoSys een licentieovereenkomst inzake MOR106 afgesloten met Novartis. MorphoSys en wij hebben een gelijk deel van de upfront betaling van €95 miljoen ontvangen en hadden recht op mogelijke toekomstige succesbetalingen en royalty’s. Novartis zou alle toekomstige onderzoeks-, ontwikkelings-, productie- en commercialisatiekosten gerelateerd aan MOR 106 dragen. Terugbetalingen van kosten ontvangen van Novartis werden in opbrengst genomen bij het oplopen van de kosten en na akkoord van de partijen daar wij als opdrachtgever handelen in het kader van het leveren van de R&D activiteiten.

Op 28 oktober 2019 hebben we het einde van het klinische ontwikkelingsprogramma met MOR106 in AtD aangekondigd.

Op 17 december 2019 zond Novartis ons een kennisgeving van beëindiging, met hun besluit de volledige overeenkomst op te zeggen. De beëindiging werd voltrokken in 2020.

Samenwerking met AbbVie

We kwamen tot het volgende besluit voor de gerelateerde opbrengsterkenning:

  • Er was één unieke resultaatsverbintenis onder IFRS 15: de transfer van een licentie gecombineerd met het leveren van R&D diensten. Dit omdat we van mening waren dat de licentie niet op zich kon staan en in de context van het contract niet op zich stond.
  • De transactieprijs van onze overeenkomst met AbbVie bestond uit een vast deel, zijnde de upfront licentievergoedingen, een variabel deel zijnde de succesbetalingen en terugbetaling van kosten voor geleverde R&D diensten. Succesbetalingen werden enkel in de transactieprijs van de overeenkomst opgenomen voor zover het zeer waarschijnlijk was dat er geen significante tegenboeking van de cumulatieve erkende opbrengst zou plaatsvinden wanneer de onzekerheid gerelateerd aan de variabele vergoeding vervolgens opgelost is. Gezien de aard van onze industrie beschouwen we dit enkel wanneer de gebeurtenis die aanleiding geeft tot de succesbetaling heeft plaatsgehad. Op verkopen gebaseerde succesbetalingen en op verkopen gebaseerde royalty’s zijn onderdeel van onze overeenkomst maar werden nog niet in opbrengsten opgenomen.
  • De transactieprijs werd toegewezen aan de unieke resultaatsverbintenis en opbrengsten werden erkend over de geschatte periode van betrokkenheid gebaseerd op een patroon die de overdracht van de licentie en de vooruitgang in het volledig verlenen van R&D diensten weerspiegelt. Dit omdat we van mening zijn dat er een transformerende relatie is tussen de licentie en de te verlenen R&D diensten.
  • We hebben gebruik gemaakt van een input model om de vereiste van een unieke resultaatsverbintenis te meten dat het percentage van kosten voor dit programma die in elke periode gemaakt worden, in beschouwing neemt (percentage of completion methode).
  • Terugbetalingen van kosten ontvangen van AbbVie werden in opbrengst genomen bij het oplopen van de kosten en na akkoord van de partijen daar wij als opdrachtgever handelden in het kader van ons aandeel in de R&D activiteiten in onze licentie- en samenwerkingsovereenkomsten.
  • De tweede aanvullende en gewijzigde samenwerkingsovereenkomst getekend op 24 oktober 2018 werd beschouwd als een contractwijziging inclusief een wijziging in toepassingsgebied en in prijs, daar de overblijvende goederen en diensten niet op zich staan en deel uitmaken van de unieke resultaatsverbintenis waaraan deels voldaan was op de datum van de contractwijziging. We kwamen tot het besluit dat we deze tweede aanvullende en gewijzigde samenwerkingsovereenkomst moeten verwerken alsof het een deel was van het bestaande contract, en erkenden als aanpassing van de opbrengsten het effect van de contractwijziging op de transactieprijs en op de meting van de vooruitgang in het voldoen aan de resultaatsverbintenis.

Aan de resultaatsverbintenis gerelateerd aan dit akkoord is volledig voldaan per 31 december 2019.

Overige opbrengsten

Onderstaande tabel vat de overige opbrengsten voor de jaren geëindigd op 31 december 2020 en 2019 samen:

 

Jaareinde 31 december

(in duizenden €)

2020

2019

Opbrengsten uit subsidies

5.452

6.549

R&D steunmaatregelen

45.951

43.923

Overige

804

425

Totaal overige opbrengsten

52.207

50.896

Het grootste deel van deze opbrengsten uit subsidies waren subsidies van een Vlaams agentschap en de nationale overheid, wat neerkwam op ongeveer 99% van alle gerapporteerde opbrengsten uit subsidies in 2020 (2019: 99%). In veel gevallen bevatten deze clausules die ons verplichten om een aantal jaar aanwezig te blijven in de regio en te investeren volgens vooraf afgesproken budgetten. In 2020 ontvingen we ook een subsidie van €5,0 miljoen van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (2019: €5,5 miljoen). Deze subsidie dient ter ondersteuning van innovatieve Belgische biotech bedrijven die R&D activiteiten uitoefenen in het kader van de ontdekking van nieuwe geneesmiddelen.

De opbrengsten gerelateerd aan R&D steunmaatregelen waren hoofdzakelijk samengesteld uit:

  • Opbrengsten uit een innovatie-ondersteunende regeling van de Franse regering, die €12,4 miljoen van de overige opbrengsten voor het boekjaar eindigend op 31 december 2020 vertegenwoordigden ten opzichte van €12,4 miljoen voor het boekjaar eindigend op 31 december 2019
  • Opbrengsten uit Belgische R&D steunmaatregelen met betrekking tot gemaakte kosten van onderzoek en ontwikkeling, die €21,7 miljoen vertegenwoordigden van de overige opbrengsten voor het boekjaar eindigend op 31 december 2020 ten opzichte van €21,7 miljoen voor het boekjaar eindigend op 31 december 2019
  • Fiscale kortingen op bedrijfsvoorheffing met betrekking tot R&D personeel in België en Nederland, wat neerkwam op €11,9 miljoen van de overige opbrengsten voor het boekjaar eindigend op 31 december 2020 ten opzichte van €9,9 miljoen voor het boekjaar eindigend op 31 december 2019.